Re: Verliefd onder voorbehoud - vervolgverhaal Deel 7+8+9 15
Nina houdt Sophies hand vast. Ze ligt op het bed in de verloskundigenpraktijk, het echoapparaat staat naast het bed. Haar buik is ontbloot, Sophie voel Nina’s zweterige hand in die van haar. 'Ben je zenuwachtig?' vraagt ze.
'Stikzenuwachtig,' antwoordt Nina. De verloskundige wast haar handen en gaat dan op de kruk zitten. 'Ik doe wat gel op je buik, eerst kijk ik of het zo lukt om iets te zien. Mocht het niet lukken moet je niet schrikken, als je nog niet zover gevorderd bent in de zwangerschap is het soms nodig een inwendige echo te maken. Weet je hoever je bent?'
'Ik denk een week of acht,' zegt Nina. De verloskundige knikt, spuit gel op Nina's onderbuik en zet dan de echokop erop. Ze duwt wat, Sophie kijkt nieuwsgierig mee op het beeldscherm naast Nina's hoofd. Eerst ziet Sophie alleen een zwarte massa, tot de verloskundige naar het scherm wijst. 'Hier zie je de baarmoeder en daar …,' ze wijst naar een vlekje met armpjes en beentjes. 'Daar is de baby.'
Sophie hoort Nina hard zuchten, ze knijpt in haar hand. 'En dit is heel belangrijk,' vervolgt de verloskundige. Ze laat het knipperende lichtje op het scherm zien. 'Dat is het hartje dat klopt.'
Nina slikt en Sophie ziet een traan over haar wang glijden. 'Is alles goed?'
'Ik moet even het een en ander opmeten, maar op het eerste oog ziet alles er goed uit.' De verloskundige beweegt de echokop heen en weer, zet het scherm af en toe even stil om wat op te meten. 'Ja hoor, helemaal goedgekeurd,' zegt ze uiteindelijk. 'Je bent wel wat verder dan je aanvankelijk dacht, namelijk tien weken en vier dagen.'
'Dan was het gelijk de eerste keer raak,' merkt Sophie op. Nina lacht. 'Blijkbaar.'
De verloskundige geeft Nina wat foto's mee en maakt een afspraak voor de volgende controle. Gearmd lopen ze naar buiten. 'Hoe voel je je?' vraagt Sophie.
'Een beetje gek. Er groeit een mensje in mij. Ik moet er even aan wennen.'
'Je hebt gelukkig nog een paar maanden om het te laten landen.'
Nina legt haar hand even op haar buik. 'Ik was als de dood, weet je dat? Ik durfde het niet te vertellen. Niet aan Sven, niet aan jou. Hoe kon ik dit nou laten gebeuren, waarom ben ik niet voorzichtiger geweest?'
'Je weet toch dat je alles aan mij kunt vertellen?'
'Ja, dat weet ik, maar ik schaamde me. Ik heb altijd een oordeel gehad over vrouwen die ongepland zwanger raakten en alleenstaande moeders, en nu ben ik er zelf een van.'
'Je hoeft je voor mij niet te schamen, hoor. Ik moet eerlijk zeggen dat ik mijn twijfels had toen je zei dat Sven zo snel al bij je in zou trekken, maar wie ben ik om daar een mening over te hebben? Als je maar gelukkig bent.'
'Tsja, Sven wist niet hoe snel hij moest maken dat hij weg kwam. Ik was er kapot van.'
'Je leek er zo rustig onder.'
'Ik wilde me groot houden, laten zien dat hij me er niet onder krijgt. Ik wil vechten voor die garnaal in mijn buik. Als het moet in m'n eentje.'
'Je hoeft het niet alleen te doen, ik ben er voor je.' Sophie knijpt even in Nina’s arm. 'Ga je alle controles met me mee?' vraagt Nina.
'Als jij dat wil.'
'Dat wil ik heel graag. En ik wil dat je ook bij de bevalling bent. Alleen als je dat ziet zitten natuurlijk.'
'Ik help je erdoorheen, dus ik ben ook bij je bevalling. Dat duurt gelukkig nog even, dan kunnen we ons er allebei op voorbereiden.'
Ze stappen in de auto. Sophie zet Nina thuis af en rijdt door naar haar werk. Hugo is er niet, wat haar verbaast. Sophie checkt de agenda, er staan geen afspraken in. Vreemd, misschien heeft hij weer een privé-afspraak. Ze gaat verder met de dossiers die Hugo haar de dag ervoor heeft gegeven, tussendoor beantwoordt ze telefoontjes en plant ze afspraken in voor bezichtigingen en taxaties. Om iets over half zes staat Sophie op het punt om weg te gaan als de telefoon op haar bureau gaat. Netjes beantwoordt ze het telefoontje. 'Sophie, met Hugo. Ik hoopte al dat je er nog zou zijn. Wil je kijken of het dossier van de Statenlaan nog op mijn bureau ligt? Ik denk dat ik het gisteren vergeten ben mee te nemen.'
'Moment, ik kijk even.' Met de draadloze telefoon in haar hand loopt ze naar zijn kamer. Het dossier ligt op de hoek van zijn bureau, waar Sophie het de dag ervoor heeft neergelegd. Ze brengt de telefoon weer naar haar oor. 'Ja, het dossier ligt hier.'
Ze hoort hem vloeken. 'Zou je het misschien bij me af kunnen gooien?'
Sophie kijkt op haar horloge. 'Ja, dat lukt wel. Wat is je adres?'
Met het dossier onder haar arm stapt Sophie in de auto, legt het op de bijrijdersstoel en stelt de navigatie in. Ze is redelijk bekend in de stad, maar het oude centrum is een groot doolhof voor haar. De aanwijzingen leiden haar naar een mooi, historisch pand. Parkeren is een drama, maar het lukt Sophie toch enigszins in de buurt een parkeerplek te vinden. Bij het appartementencomplex waar Hugo woont zoekt ze Hugo's huisnummer en drukt op de zoemer. Het duurt even voor de deur opengaat. Sophie neemt de lift naar de bovenste verdieping. De deur van Hugo's appartement staat al open, ze klopt op de deur en laat zichzelf binnen. Het appartement is enorm en straalt luxe uit. Hugo daarentegen ziet eruit alsof hij niet geslapen heeft. 'Gaat het met je?' vraagt Sophie.
'Kijk naar me. Zie ik eruit of het gaat?'
Hij pakt twee wijnglazen. 'Wil je?'
Ze knikt, hij schenkt de glazen vol en geeft Sophie er een. Ze drinken in stilte. 'Wil je erover praten?' vraagt ze dan.
'Liever niet,' antwoordt hij. Hij stapt door de openstaande deur het balkon op, Sophie volgt hem. Hij leunt over de balustrade, zijn blik gericht op iets in de verte. Sophie doet hetzelfde, zo staan ze zwijgend een tijdje naast elkaar. Het uitzicht is adembenemend, Sophie kan de hele stad zien vanaf hier. 'Ik heb het dossier op je eettafel gelegd,' zegt ze om de stilte te doorbreken.
'Dank je. Het spijt me dat je helemaal hier naartoe moest komen.'
'Dat geeft niet.'
Weer zeggen ze even niks. Het is niet ongemakkelijk, het is alsof ze allebei aanvoelen dat de stilte even genoeg is. Toch probeert Sophie een onderwerp aan te snijden, om een gesprek op gang te brengen. 'Woon je hier allang?' vraagt ze tenslotte.
'Een paar jaar,' antwoordt Hugo. 'Ik ging hierheen voor een woningopname, werd op slag verliefd en kocht het zelf.'
'Dat is het voordeel van zelf makelaar zijn.'
'Een van de weinige voordelen.'
'Wilde je altijd al makelaar worden?'
'Het was niet mijn grote droom, maar ik ben er ingerold.'
'Door je vader?'
'Ja.' Hij pakt zijn wijnglas op, neemt een slok. 'En jij? Wilde je altijd al iemands personal assistent worden?'
Sophie lacht. 'Nee. Ik wist nooit zo goed wat ik wilde. Mijn ouders vonden het belangrijk dat ik in ieder geval een diploma zou halen, dus ik heb een opleiding gevolgd. Daarna wist ik nog steeds niet wat ik wilde. Het klinkt misschien lullig, maar bij jou solliciteren was niet meer dan een grote gok. Ik dacht dat ik geen schijn van kans maakte. Gelukkig heeft het goed uitgepakt.'
'Soms moet je een gokje wagen. Heb ik ook gedaan.'
'In welk opzicht?'
'Jou aannemen was een gok. Je was niet de beste kandidaat, weet je.'
'Dat had ik ook niet verwacht. Waarom heb je me wel aangenomen?'
'Mensen doen af en toe dingen die misschien niet verstandig zijn om te doen, maar wel de moeite waard. Ik wilde per se dat jij de baan zou krijgen. Alleen papieren zijn niet belangrijk, ik voelde dat er een connectie was tussen ons. Daarom was ik bereid een eventueel risico te nemen.' Hugo draait zich naar Sophie. 'Snap je wat ik bedoel? Sommige dingen zijn elk risico waard.'
Sophie kijkt hem aan, hun ogen ontmoeten elkaar. Hij wendt zijn blik niet af, Sophie reikt voorzichtig naar zijn gezicht, raakt zijn wang aan. 'Sophie, ik …' begint Hugo. 'Ik weet het,' zegt ze zachtjes. Hij sluit zijn ogen, duwt zijn wang zachtjes tegen haar hand. Ze voelt zijn stoppels ruw tegen haar vingertoppen. Zijn ogen openen weer, het is alsof er iets in hem breekt. In een krachtige beweging trekt hij Sophie naar zich toe, drukt zijn lippen op de hare en kust haar lang en hard. Sophie duwt hem even van zich af. 'Hugo, dit is geen goed idee.'
Hij kijkt naar haar, zijn ogen intens. 'Dat weet ik. Het hoeft niets te betekenen.' Hij trekt haar terug naar hem. Ondanks dat hij zegt dat het niets hoeft te betekenen voelt ze de tederheid van zijn kussen. Ze opent haar mond, voelt zijn tong tegen die van haar. Zijn handen liggen om haar middel, stevig genoeg om haar tegen hem aangedrukt te houden. Pas na minuten, die veel langer lijken te duren, laat hij haar los. Hij kijkt haar weer aan, streelt haar wang, zijn gezicht getekend met verwondering, lust en pijn. 'Sophie, wat doe je me toch aan?' fluistert hij. 'Ik heb nog nooit zoiets gedaan. Nog nooit. Dit is …'
Voor hij verder kan praten legt Sophie haar hand over zijn mond. 'Niet doen. Niet zeggen.'
Hij pakt haar hand en kust haar vingers een voor een. Sophie sluit haar ogen en focust op zijn aanraking. Ineens stopt hij, doet een stap naar achteren. 'Het spijt me, Sophie. Dit kan niet.'
'Heb ik iets verkeerd gedaan?'
'Natuurlijk niet, niet in het minst. Ik wel. Ik had dit nooit mogen laten gebeuren en het mag ook niet weer gebeuren.'
'Waarom niet?'
'Het is ingewikkeld. Vergeet dat dit is gebeurd.' Hij schudt zijn hoofd, lijkt boos op zichzelf. 'Het spijt me,' zegt hij nog eens. 'Het is beter als je gaat.'
Zonder nog iets te zeggen draait Sophie zich om en verlaat zijn appartement. Met bonkend hart staat ze in de lift. Ze voelt zich verward, vraagt zich af wat er zojuist in hemelsnaam is gebeurd. Nou ja, wat er gebeurd is, is vrij duidelijk. Ze weet dat ze Hugo heeft gekust, of hij haar, maar ze snapt niet wat er vervolgens mis ging. Haar lippen branden, haar hart blijft maar bonken, ze voelt nog steeds de stoppels van zijn baard en zijn zachte lippen aan haar vingers. Zou het echt niets betekenen voor hem? Zo voelde het niet. Sophie vraagt zich af wat het voor haar betekent. Ja, Hugo is waanzinnig knap, hij luistert naar haar, ze kan uren met hem praten als ze zou willen. Maar voelt ze iets voor hem? Ze is daar helemaal niet mee bezig, drie weken geleden had ze nota bene nog een relatie. Daar komt bij dat Hugo haar werkgever is, ze kan toch niet met hem aanpappen zonder dat dat problemen oplevert?
Zwijgend schuift ze bij thuiskomst bij haar ouders aan tafel. Ze schept wat eten op, maar eet er vervolgens niet van. In gedachten prikt ze met haar vork in de bloemkool. 'Sophie? Gaat het wel?' Haar vader kijkt haar peilend aan. 'Heb je geen trek?'
'Niet echt,' mompelt ze. Haar ouders kijken elkaar even aan, hun bezorgde blikken ontgaan Sophie niet. Ze heeft geen zin het met hen over de liefdesperikelen, of wat het ook moge zijn, met haar baas te hebben, dus gooit ze het over een andere boeg. 'Nina is zwanger.'
Freek laat zijn vork op zijn bord vallen, Marie verslikt zich bijna in een slok water. 'Zwanger? Hoe kan dat nou?' vraagt Marie. 'Ik neem aan dat je vroeger hebt opgelet bij biologie,' antwoordt Sophie. 'Maar als je echt wil weten hoe het werkt wil ik het je nog wel een keer uitleggen, hoor.'
Freek grinnikt, Marie draait met haar ogen. 'Oké, dat was een stomme vraag. Ze is nog niet zolang samen met de vader van het kind, toch?'
'Ze waren tweeënhalve maand samen, zolang is ze nu ook zwanger. Hij is ervandoor gegaan toen ze hem over de zwangerschap vertelde.'
'Ach, dat arme meisje.'
'Ik help haar zoveel mogelijk. Gisteren ben ik mee geweest naar de echo, dat was zo mooi.' Sophie vertelt enthousiast over het moment waarop ze het hartje zagen knipperen op het scherm. 'Mocht ze hulp nodig hebben zijn wij er ook voor haar,' zegt Marie. 'Ik zal het tegen haar zeggen,' belooft Sophie. Tegen heug en meug eet ze haar bord leeg. Ze kijkt niet uit naar de volgende werkdag, hoe kan ze Hugo na vandaag onder ogen komen? Ze neemt zich voor normaal tegen hem te doen, wie weet waait het dan gewoon over en vergeten ze inderdaad dat die kus ooit heeft plaatsgevonden.
Voor het eerst sinds ze bij het makelaarskantoor werkt gaat ze de volgende dag met lood in haar schoenen naar haar werk. Hugo is er al. Sophie doet haar best zo normaal mogelijk tegen hem te doen. 'Goedemorgen,' zegt ze. Hij kijkt op, glimlacht naar haar. Haar hart lijkt over te slaan, ze denkt weer aan gisteravond, aan zijn mond op die van haar. Focus, Sophie. Je moest het vergeten, doe je best dat dan ook te doen. 'Wil je koffie?' vraagt ze zoals elke ochtend. Hij knikt. Ze brengt hem zijn koffie en gaat aan het werk. Tegen het einde van de middag hoort ze Jill roepen. 'Waar ga je heen? Je mag niet zomaar doorlopen!'
Sophie vraagt zich af wat er aan de hand is. Nieuwsgierig werpt ze een blik in de gang. Tot haar grote schrik en verbazing staat Sander daar. Hij merkt Sophie op en loopt meteen naar haar toe. 'Jou moet ik hebben,' zegt hij. 'Wat doe je hier?' vraagt Sophie.
'Ik wil dat je het filmpje verwijdert.'
'Waarom zou ik?'
'Dat zijn beelden die niemand iets aangaan.'
'Als jij je pik in je broek had gehouden zou dat hele filmpje niet bestaan.'
'Je hebt je punt gemaakt, Sophie. Verwijder dat filmpje.'
'Dat heb ik allang gedaan.'
'Laat zien.'
'Nee.'
'Verdomme, klotewijf! Laat het me gewoon zien!' Sander schreeuwt nu. Vanuit een aantal kamers komen wat collega's aanlopen. Ook Hugo komt zijn kamer uit. 'Wat is hier aan de hand?'
'Bemoei je er niet mee,' snauwt Sander. Hugo kijkt hem met vernauwde ogen aan. 'Je staat hier in mijn bedrijf. Reken maar dat ik me ermee bemoei.' Hugo kijkt mij aan. 'Sophie?'
Sophie kijkt wanhopig naar hem, weet even niets uit te brengen. Sander stormt langs haar heen haar kamer in en zoekt naarstig naar haar mobiele telefoon, waarbij hij alles wat op haar bureau ligt op de grond smijt. 'Waar is die klotetelefoon?' schreeuwt hij. Sophie zegt niets, voelt met haar hand in haar kontzak, waar haar telefoon op dit moment nog veilig verstopt zit. Haar collega's mompelen onrustig. 'Ga allemaal maar weer aan het werk,' zegt Hugo met een dwingende toon in zijn stem. Ze kijken naar Sophie en naar Sander die als een wervelwind haar kantoor doorgaat op zoek naar haar telefoon, draaien zich dan om en verdwijnen weer in hun kamer. Hugo loopt achter Sophie langs, recht op Sander af. 'Oprotten,' zegt hij. Sander staat stil, kijkt naar Hugo met een spottende blik in zijn ogen. 'Wie denk jij dat je bent?'
'Ik ben de directeur van dit bedrijf. Als je niet heel snel opdondert bel ik de politie.'
Sophie durft zich niet te bewegen, blijft in de deuropening staan. 'Sander, ga gewoon weg. Je zet jezelf alleen maar voor schut,' zegt ze.
'De enige die me voor schut heeft gezet ben jij, met dat kutfilmpje van je. Geef me je telefoon.'
'Ze geeft je helemaal niks. Wegwezen, ik zeg het niet nog een keer.'
Hugo's ogen vlammen, Sander trekt zich er niets van aan en loopt dreigend op Hugo af. Zonder te blikken of blozen pakt Hugo hem bij zijn nek en duwt hem de kamer uit. Sander spartelt tegen, maar Hugo houdt hem stevig vast, tot hij hem bij de ingang van het kantoorpand naar buiten duwt. 'Laat ik je hier nooit meer zien. De volgende keer dat je hier ook maar denkt binnen te kunnen komen stuur ik de politie op je af.' Hugo smijt de deur dicht, Sophie ziet Sander eindelijk afdruipen. Hugo komt terug naar zijn kamer en kijkt Sophie aan. 'Sophie. Meekomen.' Hij wijst naar binnen. Ze slikt en stapt zijn kamer in, hij sluit de deur achter haar. 'Hugo, het spijt me,' zegt ze meteen. Hij draait zich naar haar toe. 'Wie was dat en wat wilde hij?'
'Dat was mijn ex-vriend. Ik heb een filmpje van hem gemaakt, hij wil dat ik het verwijder. Wat ik allang heb gedaan, maar hij wil nu met eigen ogen zien dat dat zo is.'
'Wat voor filmpje?'
'Ik heb je toch verteld dat hij een ander meisje lag te neuken toen ik een paar weken geleden thuiskwam? Dat heb ik gefilmd.'
'Jezus. Waarom?'
'Weet ik het. Als bewijs, zodat hij het niet kon ontkennen. Ik heb het naar hem gestuurd met de boodschap dat het voorbij was tussen ons.'
Hugo zucht. 'Zorg dat hij hier nooit meer komt. Ik zit niet te wachten op dit soort onzin in mijn bedrijf.'
'Het spijt me,' zegt Sophie nog een keer, voor ze zich uit de voeten maakt. In haar kamer ruimt ze de bende die Sander heeft gemaakt op. Alle dossiers die op haar bureau lagen liggen verspreid en door elkaar op de vloer, het duurt zeker twee uur voor ze alles weer op orde heeft. Sophie kijkt op haar horloge, het is bijna zeven uur. Tot haar verbazing zit Hugo nog steeds achter zijn bureau. Aarzelend gaat ze zijn kamer weer binnen. 'Moet je niet naar huis?' vraagt ze hem. 'Dat kan ik beter aan jou vragen,' antwoordt hij.
'Ik heb alle dossiers opgeruimd en uitgezocht, alles lag door elkaar.'
Hugo knikt. 'Ga lekker naar huis. Ik zie je morgen, oké?'
Hij kijkt Sophie recht aan, de blik in zijn ogen is zacht, doet haar herinneren aan de avond ervoor. 'Hugo, ik …' begint ze. Hij schudt zijn hoofd. 'Ik zie je morgen, zei ik.'
Sophie kijkt even naar haar voeten. 'Tot morgen,' mompelt ze dan. Ze verlaat zijn kamer en vertrekt naar huis. Daar zoekt ze afleiding bij Nina, eet met haar en haar ouders samen en gaat na het eten anderhalf uur naar de sportschool, om maar niet te hoeven denken aan de avond bij Hugo thuis. Steeds als ze ook maar een klein beetje de aandacht verliest ziet ze hen weer staan op zijn balkon. Ze denkt aan zijn zachte lippen op haar vingers en glimlacht. Wat ze ervoor over zou hebben hem nog eens te zoenen. Wat hem betreft was het eenmalig, maar hoe vaker Sophie eraan denkt, hoe meer ze hem wil.